Een tas met een gruwelijke inhoud

bont 4Naar aanleiding van een concrete tip over een van de meest gruwelijke en fascinerende coldcase-moorden, ben ik opnieuw in het dossier Antoinette Bont (24) gedoken. Antoinette of ‘Saskia’ was een tippelaarster van wie de afgehakte ledematen en de romp in de zomer van 1995 in Groningen en omgeving op verschillende plekken werden gevonden. Het is de zaak die mij precies twintig jaar bezighoudt. Naar aanleiding van de tip zoek ik naar mensen die mogelijk meer weten over de dader. Wie helpt? (lees onderaan de vragen!)

In 1998 liep ik als student journalistiek stage bij  de stadsredactie van het Nieuwsblad van het Noorden (het huidige Dagblad van het Noorden). De eerste moordzaak waarmee ik als journalist te maken kreeg, was de onopgeloste moord op Antoinette Bont. Groningen kampte die jaren met een forse lijst onopgeloste moorden, die steeds langer werd. Onder de slachtoffers waren veel prostituees, waaronder Antoinette. Tippelnaam ‘Saskia’.

Bont tattooIn de nacht van 26 juli op 27 juli 1995 werd Antoinette voor het laatst gezien op de tippelzone aan de Praediniussingel in Groningen. Ze stapte in een rode auto, vermoedelijk een Honda Civic, waarna de nacht haar opslokte. Vier dagen later dook ze letterlijk weer op. Op 31 juli zagen twee mannen een pakket drijven in het Winschoterdiep ter hoogte van Zuidbroek, een kleine 25 kilometer ten oosten van Groningen. In het pakket zat een romp die beschoten was. Talloze kleine kogeltjes hadden zich in het vlees geboord. Een tattoo van haar pooier Lucas maakte duidelijk dat het ‘Saskia’ betrof, die als als vermist was opgegeven.

bont rompDrie dagen later deden twee jongens in Drenthe een uiterst lugubere vondst. In het Peizerdiep, aan de rand van het Drentse Roderwolde, visten ze een sporttas uit het water met daarin afgehakte ledematen. Ook deze lichaamsdelen bleken van de prostituee te zijn. Roderwolde ligt op circa 25 kilometer ten westen van Groningen. De wateren stonden niet met elkaar in verbinding.

bont tas handDe Groninger recherche besloot tot een opmerkelijk onderzoek, dat qua massaliteit is te vergelijken met huidige dna-onderzoeken onder de bevolking zoals bij de moord op Marianne Vaatstra en Nicky Verstappen. Omdat de ledematen van Bont in een sporttas werden gevonden die door de energiemaatschappij Edon (het huidige Essent) als kerstcadeau in december 1994 aan het personeel was geschonken, liet de politie bijna 4000 Edon-medewerkers met hun tas naar het bureau komen.

bont knipsel rooNog nooit had de politie in Nederland zoveel mensen rechtstreeks betrokken bij een rechercheonderzoek. Het tassenonderzoek kreeg landelijke enorm veel aandacht. Het was een unieke actie. Zeventig eigenaren hadden de tas niet meer: ze waren ‘m kwijt of hadden het cadeau weggegooid. De groep was te groot en daarmee bloedde de tassenactie dood.

Er is sinds 1995 in allerlei richtingen gezocht. Mogelijk, zo dacht de recherche, was Antoinette slachtoffer van een bekende seriemoordenaar zoals Willem van Eijk of de Britse John Sweeney. Uitvoerig is ook onderzocht of er een connectie was met een moord op een coffeeshophouder waarvan het lichaam op dezelfde manier was verpakt.

Ik heb altijd geloofd in de ‘Edon-connectie’. Er zijn namelijk meer Edon-sporen in de zaak. En ook de nieuwe tip wijst deze kant op. Bij het Peizerdiep was een dag na de verdwijning een busje van de Edon gezien. De werkauto kwam van een vestiging in Assen.

Bont brug roderwoldeDe siersteen die was vastgebonden aan de romp van Bont was er eentje van het type dat werd gebruikt in en naast een gebouw van het energiebedrijf aan de Bloemsingel in Groningen. Hier was toen een methadonpost voor heroïneverslaafden gevestigd. Ook Antoinette Bont haalde hier haar ‘meet’.

Het hoofdgebouw van de Edon was gevestigd aan het Winschoterdiep. Hetzelfde water waarin de romp was ontdekt. Ook het soort spullen waarin de lichaamsleden verpakt waren, werd gebruikt door Edon-medewerkers.

De moord op Bont is na 20 jaar nog steeds onopgelost. De ouders van Antoinette zijn overleden. Haar nichtje bij wie Antoinette zeven jaar in Kaatsheuvel woonde, leeft nog wel. We hebben af en toe contact. ,,Ik had de hoop eigenlijk al opgegeven” , zei ze deze maandag toen ik haar belde. Ze hoopt nog steeds vurig dat de moord wordt opgelost. Ik heb het haar ooit beloofd: de zaak zal ik nooit loslaten.

En daarom nu opnieuw een poging. Wie denkt mee? Wie weet meer? Lees veel meer over het dossier Bont hier: dossier Bont. Of bekijk een uitzending van Peter R de Vries (deel1 en deel2) over de zaak. En lees deze vragen:

  • wie werkte in de jaren negentig bij de Edon in Groningen en heeft wellicht informatie over een bepaalde medewerker die destijds over een motor beschikte, reed in een rode auto (waarschijnlijk een Honda Civic) met een zwarte balk achterop en vanwege zijn functie toegang had tot verschillende locaties van de Edon en mogelijk werkplaatsen? Het zou een beheerder kunnen zijn geweest
  • heeft een medewerker zich destijds verdacht gedragen na de oproep om met de tas naar de politie te gaan?
  • heeft iemand ooit iets verteld over zijn betrokkenheid bij de moord?
  • is iemand destijds getuige geweest van het dumpen van de tas met de ledematen en het pakket met de romp, die zich nog niet gemeld heeft bij de politie?
  • het is goed mogelijk dat de dader inmiddels dood is: wellicht zijn er kennissen die meer weten of vermoeden en voor wie het nu makkelijker is om naar buiten te treden
  • was er in de prostitutiewereld in Groningen een klant bekend die werkte bij de Edon en zich mogelijk agressief gedroeg en/of reed in een rood autootje (waarschijnlijk een Honda Civic)?
  • heeft iemand uit de drugs- of prostitutiewereld of verslavingscircuit uit de jaren negentig in Groningen wellicht iets gehoord over een mogelijke verdachte?
  • Bont groeide op in de Korrewegwijk in Groningen. Mogelijk woonde de dader hier in de buurt en kende hij haar. Mogelijk kwam hij daarom ook veelvuldig bij de Edon-locatie aan de Bloemsingel. Werkte er iemand bij de Edon destijds die in de Korrewegwijk woonde? En had deze persoon wellicht een connectie met Peize of de directe omgeving (groeide hij daar op, of had hij er een vriendin of familie?)

Alle serieuze tips zijn welkom en worden discreet behandeld. Anoniem via hier of anders graag mails naar m.van.wely@telegraaf.nl. Help mee om de moord op Antoinette Bont op te lossen!!!

 

 

Struikrover

Beste Hendrik-Jan,

Schermafbeelding 2018-05-13 om 09.42.06

Naar aanleiding van je verhaaltje op Misdaadjournalist.nl over de uitzending van De Raadkamer (10-5-2018) het volgende. Wat betreft het verschil tussen Willem Holleeder en Klaas Otto: Holleeder wordt verdacht van betrokkenheid bij de dood van zes mensen. Otto van afpersing, witwassen, bedreiging en het opdracht geven voor een liquidatie. Daar zit volgens mij nogal wat verschil tussen.

Otto is nog niet eens voorgeleid voor de ‘aanslag’, waarbij het OM alleen een CIE-tip lijkt te hebben. Ook het verleden van Holleeder (Heineken-ontvoering, veroordeling voor afpersing) is niet te vergelijken met het verleden van Otto. Dat neemt niet weg dat Otto van ernstige feiten verdacht wordt, zoals ik in De Raadkamer aangaf. En zijn er nog allerlei serieuze zaken in onderzoek.

Dan de niet te kraken telefoon in de bedreigingszaak rond Greetje Bos. Ik zou mezelf iets meer verdiepen in de historie van de PGP’s voordat je hier iets over zegt. Ten eerste is niet alleen de Ennetcom-server gekraakt, maar later nog eentje in Costa Rica: die van PGP Safe. Daarnaast slaagt het NFI er al jaren in om PGP’s te kraken. Namelijk door wachtwoorden te achterhalen, bijvoorbeeld door de inzet van camera’s of forensisch onderzoek op de telefoon zelf.

Tenslotte het door mij gebruikte begrip ‘struikrover’. Ooit gehoord van cynisme, humor, of sarcasme? Of neem je alles erg letterlijk?

Vriendelijke groet,

Mick van Wely

Harde klappen voor de ‘Mocro-maffia’

De ‘Mocro-maffia’ ligt zwaar onder vuur. Na het oprollen van de ’26Koper’ moordservice uit Utrecht en de arrestaties van de Amsterdamse Naoufal F. (38) en Richard ‘Rico’ R. V., (44) is nu een kroongetuige opgestaan. Arrestaties van kopstukken plaveien echter ook de weg voor andere ambitieuze gangsters.

Het gonsde al van geruchten in de afgelopen weken. Justitie zou over een kroongetuige beschikken die zeer belastende verklaringen had afgelegd over de Mocro-maffia. Voor zover je met een sterke Antilliaanse en Surinaamse inbreng nog kunt spreken van een Mocro-maffia.

We hebben vanuit De Telegraaf justitie recent nog gevraagd of het klopte dat er een kroongetuige was, maar het bleef stil. Vanwege het onderzoeksbelang valt dat zwijgen nog wel te billijken.

Taghi
Taghi

Kroongetuige Nabil B. (30) uit Utrecht sloot in december een door een rechter goedgekeurde deal met het OM. Hij had zelf als autodief de rol van facilitator van een zware misdaadgroep, die volgens hem werd geleid door Ridouan Taghi (40) uit Vianen. De man van de ‘moordlijst‘ die eerder deze maand circuleerde.

Omdat zijn auto was gebruikt bij de ‘vergismoord’ op Hakim Changachi in Utrecht in 2017 kreeg hij wroeging. Hij kende het slachtoffer die per ongeluk was afgeknald. Toen hij vreesde zelf ook nog doelwit te worden van de organisatie waarvoor hij werkte, stapte B. naar de politie. De eerste ‘turncoat’ uit deze hoek van de onderwereld.

Justitie is kraakhelder: Nabil B. gaat een grote bijdrage leveren aan de arrestatie van opdrachtgevers voor meerdere liquidaties. Een andere poot waar justitie op leunt zijn wederom onderschepte PGP-berichten tussen criminelen die volgens B. en justitie hoog in de boom van de onderwereld zitten.

Het zou opnieuw betekenen dat mogelijk PGP-berichten voor een doorbraak gaan zorgen. De versleutelde tekstberichten van de Pretty Good Privacy-telefoons die vooral door criminelen worden gebruikt, hebben recent al voor belangrijk bewijs gezorgd in het onderzoek naar de mislukte liquidatie op Peter ‘Pjotr’ R. in Diemen in 2015 en het onderzoek naar de ‘cokekotter‘ Blies.

Noffel
Noffel

Naoufal F., die met meerdere liquidaties in verband wordt gebracht, speelde een hoofdrol in beide onderzoeken. Op 9 maart eiste het OM 20 jaar tegen ‘Noffel’.

Het is onbegrijpelijk dat criminelen niets hebben geleerd van ‘Ennetcom-gate’. Het trucje dat het OM heeft uitgehaald met de server van het bedrijf, kan het natuurlijk ook bij andere PGP-providers doen. Je zou zeggen dat niemand meer open communiceert via zogenaamd veilige telefoons. Maar criminelen zijn hardleers.

Vandaag werd bekend dat Rico R. naar Nederland komt. Hij wordt verdacht van deelname aan een criminele organisatie, wapenbezit, witwassen en voorbereiden van internationale drugshandel. Justitie ziet Ridouan Taghi, Naoufal F. en Rico R. als het nieuwe misdaadtrio. Samenwerkend, maar ook individueel actief. De ‘Mocro-equivalent’ van Holleeder, Soerel en Hillis die de oude Hollandse, bijna stoffige penoze vertegenwoordigden.

De jonge criminelen in Utrecht en Amsterdam lieten en laten zich inspireren door de misdaadseries Narcos op Netflix over het Medellin-en Cali-kartel en Corleone over de organisatie van de Siciliaanse maffiabaas Toto Riina. Zo zouden criminele groeperingen nu een soort alliantie tegen Ridouan T. hebben vernoemd naar de alliantie die vocht tegen Escobar: Los Pepes.

Er liggen wel wat parallellen met de kartels en vooral het Cali-kartel. Het zijn ambitieuze gangsters die razendsnel enorm machtig zijn geworden door de cokehandel en extreem veel geweld gebruiken. Ze rekruteren hun voetvolk onder jongeren met veelal een laag IQ in achtergestelde wijken in grote steden. Zoals de Camorro dat doet in Napels: ‘babygangsters’.

De jongeren hebben niets te verliezen, snakken naar status en voelen er weinig voor om vakken te vullen bij de buurtsuper als ze in het criminele circuit veel meer munten kunnen maken. Zij willen ook rijden in die peperdure bolides waar ‘Mo’ mee pronkt en de klokkies om de pols die ‘Halil’ draagt. Snel geld maken.

Wat ze vergeten is dat roem en een lange loopbaan maar voor enkelen zijn weggelegd. En die ‘enkelen’ lachen om de meelopers. Het voetvolk wordt gebruikt en uiteindelijk vermorzeld. Ze moeten ‘slapen’ als ze een gevaar worden. Want de mannen aan de top zijn achterdochtig, egoïstisch en kennen geen mededogen.

Nog even terug naar Cali. Het kartel onder leiding van de Orejuelabroers, Gilberto en Miguel, kon vooral de macht grijpen door het offensief van de Amerikaanse DEA en het Colombiaanse ‘Search Bloc’ van politie en leger. Een handje geholpen door Los Pepes, een gangsteralliantie.

Escobar
Escobar

Het is de Wet van Murphy (geen onbekende naam in Narcos..) in de Misdaad BV dat het uitschakelen van leiders, ruimte geeft aan andere topcriminelen. Eliminatie zorgt voor versnippering en een onderlinge machtsstrijd kan leiden tot meer geweld.

Neem Mexico en Guzman ‘El Chapo’: na de arrestatie van de topcrimineel, laaide het geweld op in Mexico en zijn er veel meer splintergroeperingen actief. Als Taghi, Naoufal F. en Rico R. buiten spel worden gezet, staan anderen te trappelen om carrière te maken. Zij zullen net als de ‘Heren van Cali’ het glas heffen.

Het moet blijken hoe waardevol kroongetuige Nabil B. zal zijn. Hij was facilitator, maar wist hij van het reilen en zeilen binnen de organisatie? Kan hij uitleggen en aannemelijk maken wie aan de touwtjes trokken en bevelen gaven voor liquidaties? Doorgaans worden uitvoerders dom gehouden. Het OM is stellig: B. heeft uitvoerig verklaard over de rol van opdrachtgevers en die verklaringen zijn belangrijk. Het lijkt erop dat B. duidelijk geen onwetende onderknuppel was.

Er komen spannende maanden aan. Lukt het om de voortvluchtige Ridouan Taghi en medeverdachte Saïd Razzouki op te pakken? Aan hoeveel liquidaties kunnen de twee gekoppeld worden? Zorgt de deal met de kroongetuige voor meer spanningen en geweld? Een kat in het nauw maakt rare sprongen.

Mick van Wely

TIPS? m.van.wely@telegraaf.nl of anoniem: http://mickvanwely.nl/contact/

Lees ook: advocaat Inez Weski van Ridouan Taghi wijst beschuldigingen van de hand

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Relatief weinig aandacht. Een grote onderschatting en misvatting. Als de verdachten Willem of Klaas heten is het allemaa

Bontkraagjes en klokkies

Politiechef Frank Paauw van Rotterdam zette deze week het land op zijn kop met de aankondiging om dure jassen en horloges af te pakken van twijfelachtige types die de herkomst van de spullen niet kunnen verklaren. De ophef kwam deels voort uit een gebrek aan kennis en nuance.

Patsers pas op. De politie gaat met pantserwagens Rotterdam doorkruisen en vanuit portieken en schuttersputjes loeren naar dure jassen met bontkraagjes en glinsterende klokkies. Wie niet binnen dertig seconden kan uitleggen hoe hij aan de statussymbolen komt, mag ter plekke zijn jas uittrekken en wordt in een arrestantenwagen afgevoerd. Dat wordt dringen met al die bontkraagjes in een arrestantenbus, maar het is niet anders. De ‘jassenpolitie’ is onverbiddelijk.

Frank Paauw
Frank Paauw

Dat horrorbeeld ontstond kennelijk na het verhaal van Paauw deze week in De Telegraaf over de ondermijningsaanpak in Rotterdam. Paauw gooide de knuppel in het hoenderhok met het plan van de politie om de schroeven van de al langer bestaande ‘patseraanpak’ aan te draaien.

Belangrijk daarbij is dat de politiechef, die net als criminelen de grenzen opzoekt, meteen duidelijk aangaf dat er met het openbaar ministerie wel goed gekeken moet worden wat hierbij de juridische kaders zijn. Het gaat tenslotte om een experiment.

Maar die nuance wilden critici niet lezen of horen. Advocaten, hoogleraren en een ombudsman schreeuwden moord en brand.

Iemand die een persoon moet verdedigen van wie cash of spullen zijn afgepakt omdat niet is aangetoond dat de herkomst legaal is, kan het met de omgekeerde bewijslast knap lastig krijgen. Alhoewel het ook regelmatig voorkomt dat politie en justitie op hun snufferd gaan en de spullen of de munten terugkeren bij de eigenaar. Sterker nog: het totaal afgepakte bedrag dat jaarlijks met trompetgeschal door justitie wordt gepresenteerd, is een fractie van wat er aan ontnemingsvorderingen is opgelegd en waarop beslag is gelegd.

Zelf vind ik het een van de grootste ergernissen die er zijn. De jongens in de buurt die de hele dag op straat rondhangen, op dure scooters rondrijden en behangen zijn met veel ‘bling bling’, terwijl ze geen werk hebben en evenmin een rijke pappie of mammie. Waarom doet de politie dan niks? Die zien toch ook wel dat het niet deugt? Aanpakken graag!

Zo’n twaalf jaar geleden lanceerde de Amsterdamse politie de cabrio-aanpak, waarbij agenten bolides en inzittenden controleerden. De selectie vond plaats op basis van gezond verstand en was deels informatie gestuurd. Zeker wijkagenten weten precies aan wie er een luchtje hangt.

De aanpak werd daarna overgenomen door andere eenheden van de politie en omgedoopt tot ‘patseraanpak’. De ingepikte spullen blijven op basis van het witwasprincipe bij de politie, zolang niet duidelijk is hoe ze zijn gefinancierd.

Schermafbeelding 2018-01-07 om 18.35.00Het is een geniale manier om op microniveau criminelen te frustreren. Status is voor boefjes belangrijk en als alle statussymbolen thuis moeten blijven, valt er weinig meer te patsen. Er zitten wel wat haken en ogen aan. Waar ligt de grens bijvoorbeeld? Een jas van 400 of eentje van 1200? En bij horloges: is een Tissot van 500 al verdacht of moet het een Rolex zijn? En wat als iemand het bonnetje niet meer heeft? Of een gecontroleerd persoon het sieraad of de jas gekregen heeft?

Ieder weldenkend mens die goed nadenkt voordat hij of zij ongenuanceerd begint te steigeren, begrijpt dat het gaat om de aanpak van excessen. Geen randgevalletjes. Een check na een optelsom.

Wat de politie verkeerd doet is dat er zelden of nooit een goed overzicht van de opbrengsten en verantwoording van de werkwijze volgt na een patseractie. Hoeveel mensen zijn er ingezet? Wat is er afgepakt en wat blijft ook in het bezit van de politie? Op basis waarvan zijn de benaderde personen gecontroleerd?

De resultaten zijn nodig voor het creëren van draagvlak onder de burgers voor de patseraanpak, waaronder ook het experiment in Rotterdam eigenlijk onder valt. Het is hetzelfde principe. Misschien zijn de resultaten in praktijk wel zo beroerd, dat de politie kan gaan sleutelen aan een nieuwe ondermijningsstrategie.

Mick van Wely

Lees ook: wat zijn dan die geliefde patserspullen? Een verhaal van Maarten van Dun van het Parool.

 

‘Moes’ en de 4000 kilo

Een paar keer per maand horen we van cokevangsten in de haven van Rotterdam. Of voor de kust. Dat zijn de transporten die worden onderschept. Maar het is een marginaal deel van wat succesvol naar binnen wordt gesmokkeld. En die partijen maken van jonge criminelen echte ‘cocaïne-cowboys‘.

Coke in overvloed
Coke in overvloed

Er circuleert een spannend verhaal in het criminele circuit. Het verhaal van de 4000 kilo. Een geslaagd transport. Klaas Bruinsma had zijn Grote Berg van hasj, overigens een mislukt transport, maar dit mag met recht de Witte Berg genoemd worden.

De man achter de partij die dit voorjaar naar binnen werd gehengeld, zou een ‘Mocro’ zijn: een Nederlander met een Marokkaanse achtergrond en de roepnaam ‘Moes’. Tot voor kort had hij een nachtclub ergens in het westen van het land. Na een paar kleinere transporten was het nu eens goed raak. In één klap werd de groep rond de ambitieuze gangster miljoenen euro’s rijker.

Reden genoeg voor een feestje. Met flessen champagne en vuurwerk in de club. De dames die in de zaak werken kregen een fraaie Gucci-tas of een ander presentje. Nu is de club er niet meer. Misschien hebben de activiteiten van ‘Moes’ en zijn crew er wel mee te maken. De overheid vond het geen goed plan dat de tent nog langer openbleef.

Moes is zo hard aan het groeien, dat in het criminele circuit al wordt voorspeld dat er gedoe komt. Een clash met de gevestigde orde binnen de Mocro-cokebazen.

Zoals Moes zijn er vele andere jonge criminelen met vaak een Marokkaanse achtergrond die snel groeiden sinds ongeveer 2010. Ze begonnen coke over de oude hasjlijnen via Marokko en Spanje te pompen en verdienden miljoenen tot tientallen miljoenen euro’s. Ruzie resulteerde in de Mocro-oorlog met zo’n 20 tot 25 liquidaties. En die oorlog is nog lang niet voorbij.

Het lijkt een beetje op Medellin de jaren zeventig en tachtig. ‘Los Magicos’ noemden ze de drugsdealers die ineens rondliepen in dure pakken en rondreden in peperdure auto’s. Ze smeten met geld. Maar waar zij hun geld investeerden en witwasten in hun eigen land, doen de cocaïne-cowboys van nu dat in Spanje, Dubai en Marokko.

Het topsegment van de cokecriminelen verblijft ook in die landen. Ook de man die De Telegraaf naar voren schoof als de Man van tien miljoen zou hier zitten. Ze zijn onaantastbaar. Met goed financieel onderzoek zouden politie en justitie vermogen kunnen afpakken en deze criminelen hard raken, maar de landen waar het geld zit werken niet mee. En bovendien kost gedegen financieel onderzoek te veel tijd. En tijd en capaciteit zijn er niet bij politie en justitie.

Moes is zo’n voorbeeld van een onaantastbare cocaïnebaron. Hij lacht de politie hard uit. Steekt zijn middelvinger op naar de opsporingsinstanties. En hij heeft gelijk vanuit zijn oogpunt: want hij wordt ongemoeid gelaten.

Ik vraag me wel eens af. Als wij als journalisten dit soort specifieke informatie horen, weet de politie dit dan niet? Hoe zit het met de informatiepositie van de recherche? Of is er gewoon geen capaciteit om dit soort criminelen aan te pakken?

In dit specifieke geval beschikt de politie overigens wel over info. Het is een raadsel waarom er niets gebeurt. Het zal wel te lastig zijn.

Eggermont: een vergismoord
Eggermont: een vergismoord

Sinds juli ben ik acht keer gebeld door ondernemers of advocaten van ondernemers met verhalen over bedreigingen die coke-gerelatereerd zijn.  De eigenaar van een fruitbedrijf die met de dood bedreigd is omdat er een partij coke uit een container van zijn bedrijf verdween of een ondernemer die onder druk wordt gezet om mee te werken aan de opzet van een cocaïnelijn.

Deze signalen staan nog los van de vele liquidaties in het cokemilieu. En die vetes kostten in twee jaar tijd aan zeker zes volstrekt onschuldige mensen het leven: het waren ‘vergisliquidaties’.  De smokkel van coke krijgt steeds meer grip op de maatschappij. Maar de aanpak rammelt.

m.van.wely@telegraaf.nl

Dossier 13Aker: de liquidatie van Belhadj

‘Je moet mij zien als een informant. Eenmalig’, zegt Abderrahim Belhadj (29) op 19 november 2015 tegen een koppel rechercheurs van het liquidatieonderzoek 26Koper. Precies een half jaar later wordt de crimineel geliquideerd in de flat Kikkenstein in Amsterdam. Een bloemlezing uit zijn uiterst vertrouwelijke verklaringen.

belhadjOp 9 mei 2016 horen bewoners van de flat Kikkenstein in Amsterdam Zuidoost rond half zes in de ochtend harde knallen. Ze treffen dan de ernstige gewonde Rotterdammer Abderrahim ‘Appie’ Belhadj aan de op de grond en bellen de politie. Reanimatie helpt niet meer: Belhadj sterft. En Amsterdam heeft er weer een liquidatie bij.

Het onderzoek van het Team Grootschalige Opsporing (TGO) naar de afrekening krijgt de naam 13Aker. Belhadj blijkt goed bij kas. De rechercheurs vinden tienduizend euro bij hem. Analyse van de kogels en hulzen wijst uit dat Belhadj met een 9 mm vuurwapen is doodgeschoten.

Al snel blijkt dat Belhadj een interessante achtergrond heeft. Belhadj is een van de criminelen die op de ‘dodenlijst’ van de verdachten uit het onderzoek 26Koper stonden. Het betreft het onderzoek naar een groep mannen uit Utrecht en omgeving die betrokken was bij een enorm wapenarsenaal en liquidaties zou voorbereiden. Mogelijk zelfs uitvoeren. De moordservice op wielen, zo noemen we de club in De Telegraaf.

Beelden van Belhadj stonden op een SD-kaart die bij verdachten thuis waren gevonden. Hij was gefilmd bij de McDonalds in Nieuwegein, samen met een vriend. Dat de verdachten de kaart zo lieten rondslingeren is oliedom. Maar dat ook nog eens twee andere verdachten zijn te horen op de gegevensdrager, is al helemaal niet te vatten.

De politie benadert alle personen op de kaart: wie zijn de criminelen en waarom werden ze geobserveerd? Belhadj wordt op 20 oktober in Rotterdam gehoord door rechercheurs van de Landelijke Eenheid, zo blijkt uiterst vertrouwelijke stukken.

‘Ik kom er nu achter, dat ik bepaalde mensen ken, die mij iets ernstigs willen aan doen, dan trek ik mijn mond open (NB: letterlijke weergave, dus soms slecht lopende zinnen)’, zegt Belhadj tegen het koppel rechercheurs. Belhadj is bang.

Schutters 2
De schutter

‘Dit komt natuurlijk wel op papier, uiteindelijk wordt dit uitgewerkt. Er kunnen misschien ook dingen zijn, eigenlijk zou ik het wel willen zeggen, maar ik wil het niet op papier’, laat hij weten.

‘Dan zouden we nog even met de officier kunnen overleggen om te kijken of er ander manieren zijn, dat het naar boven komt, zonder dat het vastgelegd wordt’, zegt een van de rechercheurs.

Belhadj: ‘Dat ik jullie wijzer maak, zonder dat mijn naam op papier komt.’
Rechercheur: ‘Precies. Dan moet we met de officier overleggen of dat mogelijk is. Maar dan kan je je er voor jezelf alvast over nadenken.’

De rechercheurs willen weten of Belhadj enig idee heeft wie hem op de korrel heeft en waarom. Ze stellen vragen over de moord op Rucienne ‘Poporois’ Caupain, een man die in maart 2014 in Amsterdam werd vermoord. Caupain was een maatje van Belhadj. Ook Jason (JayJay) D. komt ter sprake. Hij was kort verdachte van de moord op Caupain.

Het gaat over conflicten en verhoudingen in de onderwereld. Over Marokkanen, Antillianen. Over ‘rippers’ en topcriminelen als Gwenette Martha. En over boze Colombianen.

Op 4 november volgt een tweede ontmoeting. De rechercheurs zeggen tegen Belhadj dat ze vermoeden dat iemand in zijn omgeving hem gelokt heeft: ‘weggetipt’ heeft aan de partij die Belhadj kennelijk wilden pakken. Dan praten de drie over het onderzoek 26Koper. Belhadj weet precies waar het over gaat.

Belhadj: ‘Dat is echt andere shit. Die mensen hebben geen geweten, dan heb je geen gevoel. Het is of geld of dood. Ook bij die criminelen in Amsterdam enzo, staatsliedenbuurt, daar heb ik ook veel van gelezen. Terwijl het niet echt in onze genen zit. Marokkanen kunnen heel veel dingen. Ze zijn goed in allerlei dingen. Dit is echt iets nieuws.’ Dan eindigt het gesprek.

nieuwegein wapens
De wapens van 26Koper

Op 19 november volgt een nieuwe ontmoeting, ’s avonds om acht uur in Rotterdam. Het is verreweg het meest brisante verhoor. ‘Ik wil wel wat dingen zeggen Maar zonder dat ding.’ De getuige wijst naar de opnameapparatuur. ‘Dat wordt lastig’, zegt de rechercheur. Het gesprek laat duidelijk zien dat het 26Koper-team jaagt op de personen die aan de touwtjes trekken: de laag boven de verdachten die al zijn opgepakt.

‘Dat is voor ons belangrijk. Wij willen gewoon de mensen aanhouden, die jou dit wilden aandoen. Dat is hetgeen dat wij willen. Niks meer en niks minder’, zegt een rechercheur. Dan zegt Belhadj: ‘Dat is ook wat ik wil. Maar op het moment dat ik ga praten, wil ik dingen zeggen, die jullie gewoon helpt. Ik help jullie bewijstechnisch, that is it, maar ik wil het niet op papier, niks.’

Volgens Belhadj hebben ze hem in het vizier omdat ‘er niet betaald is in het buitenland’. ‘Ik ben verantwoordelijk’, licht de Rotterdammer toe. De rechercheurs dringen er bij Belhadj flink op aan.

‘Eigenlijk zeg jij concreet zeg maar dat je, dat er iets mis is gegaan qua betalingen en dat jij denkt dat degene mogelijk de opdrachtgever is om jou te liquideren. En je wilt vertellen wie dat is, alleen niet met dat ding aan. Niet op papier. Dus wat ik kan doen, is heel even overleggen met de teamleiding en dan kunnen we kijken hoe we daar een mouw aan kunnen passen. En, wie weet zegt zij wel dat het niet anders kan dan dat het daar op gaat en dan gebeurt het niet en anders dan horen wij de mogelijkheid hoe we wel ” . ….. Dan is het voor iedereen duidelijk voor Ab en dan is het duidelijk voor ons. Dan is het voor iedereen duidelijk.’

Belhadj is extreem voorzichtig: ‘Ik kan je meegeven, dit zijn geen kleine jongens. Dit is totaal geen kleine jongen. Echt, geen kleine…..Het is zelfs in jouw geest, dat je bedenkt een grote jongen, maar dan nog groter dan groter.’ De Rotterdammer zegt dan open te staan voor een getuigenbeschermingsprogramma. Het gesprek wordt beëindigd.

Op 25 november zal Belhadj de verklaring van 19 november gaan ondertekenen. Maar hij trekt zich terug. De Rotterdammer vreest voor zijn leven. Een half jaar later blijkt dat de vrees niet onterecht is. De grote vraag is: heeft Belhadj uiteindelijk namen genoemd? En zijn het dezelfde namen als getuige Ebrahim B. heeft genoemd: T. en B. El H. uit Utrecht?

Het onderzoek naar de moord op Belhadj is nog in volle gang. Naar verluid zijn er parallellen met het onderzoek naar de onthoofding van Nabil Amzieb en andere liquidaties in de Mocro-oorlog. Of er inderdaad verbanden zijn, moet nog blijken.

(Martin Kok heeft een foto van T. ‘De Neus’ op Vlinderscrime)

Mick van Wely

TIPS? m.van.wely@telegraaf.nl)

(Info graag alleen gebruiken met bronvermelding)

 

 

 

Boek Levenslang: met korting, krabbel of lezing!

Wilt u alles weten over de zwaarste straf van Nederland, levenslang? Koop het boek Levenslang, de straf en de daders van Mick  van Wely nu met flinke korting en een persoonlijke noot.

LevenslangDe straf levenslang voor de zwaarste misdaden en de gevaarlijkste killers in Nederland staat weer volop ter discussie. Er is sprake van de invoering van een tussentijdse toets die vervroegde vrijlating mogelijk moet maken. Rechters zijn terughoudend om de straf der straffen op te leggen. Want: levenslang is ons land nog steeds levenslang. En daar is Nederland herhaaldelijk voor de op vingers getikt. Nabestaanden morren: hoe kan het dat de moordenaar van hun dierbare straks een tweede kans krijgt? Hun was toch levenslang beloofd?

Het boek Levenslang bestaat uit razend spannende verhalen en behandelt de geschiedenis van de straf. Alle aspecten van de straf komen aan bod en alle zaken sinds de invoering van levenslang in 1870 staan in het boek beschreven.  Het boek is nu voor 15 euro te krijgen met een persoonlijk noot van de auteur.

Bij de aanschaf van tien boeken krijgen geïnteresseerden een gratis lezing: met de laatste ontwikkelingen op het gebied van levenslang. Leuk voor een dispuut of studentenhuis! Stuur een mail naar: m.van.wely@telegraaf.nl voor nadere info.

Lees hier recensies en passages.

Intelligent bekeuren

Bellen en whatsappen in het verkeer is gevaarlijk. Ik heb in de rechtszaal in Assen eens ouders van een doodgereden vrouw zien huilen. Ze verloren hun dochter omdat een malloot achter haar bijna een uur non-stop appte en zo bovenop haar knalde. Er gelden regels voor telefoongebruik in de auto. Maar de manier waarop ze worden toegepast slaat soms nergens op.

Ik kreeg dinsdagmiddag een bon voor een tele-overtreding in de auto. Dat is de basis voor deze column. Boetes zijn vervelend, maar zeker als je ze incalculeert geen probleem.

Een keer zonder handsfree-set bellen op een verlaten landweg en bekeurd worden? Eigen schuld. Een keer een prent krijgen vanwege bewust te hard rijden in verband met haast? Ingecalculeerd bedrijfsrisico. Vervelend wordt het als een politieman op basis van laakbare gronden een bekeuring uitschrijft.

Dinsdag reed ik de ring van Amsterdam op. Ik heb een handsfree-set, dus bellen met de telefoon aan mijn oor is niet nodig. Wil ik ook niet op zo’n plek, want gevaarlijk. Er zijn twee seconden dat ik mijn telefoon aanraakte: met mijn rechterhand stopte ik het stekkertje van de lader in de achterkant van mijn mobiel. Ik keek of de stekker erin zat en dat was het.

Een politieagent op een motor links van me wees naar me (daarbij niet lettend op het verkeer voor hem) en begeleidde me naar een parkeerplaats. Hij stelde zich netjes voor, ik ook. De reden voor het meenemen was het vasthouden van mijn telefoon. ,,Heeft u mij zien bellen of bezig gezien op de telefoon?” , vroeg ik, daarbij bewust lettend op mijn toon. Nee, dat had hij niet. Ik heb meteen de telefoon overhandigd en hem dat ook laten zien ter controle.

De agent was al driftig aan het noteren. Ik heb hem gevraagd, dat het toch opmerkelijk is dat je wel een broodje of een banaan mag pakken en bekijken, terwijl een stekkertje inpluggen verboden is. ,,Een telefoon vasthouden is nou eenmaal verboden. Regels zijn regels”, zei de man.

Een intelligente politieman heeft mij een keer uitgelegd dat er een verschil is tussen het klakkeloos toepassen van regels en het zelf analyseren van de manier waarop deze regels worden overtreden en dan daarop acteren. Dat was tijdens een ritje met de verkeerspolitie, voor een reportage voor de krant.

Leg eens uit, vroeg ik.

De politieagent vertelde dat je pas een bon geeft als je goed kunt zien dat iemand ‘echt aan het bellen is of langere tijd druk is met zijn telefoon. Het liefst moet de bestuurder nog slingeren ook en is zijn gedrag gevaarzettend. Als je de prent voor minder geeft, zo zei hij, dan ben je gewoon ‘een eikel’. Je geeft hoogstens een waarschuwing.

Lijkt me een gezonde opstelling. Ik geef de kwalificatie ‘eikel’ niet aan de motoragent die mij bekeurde, maar hij zou die dus volgens zijn collega wel verdienen.

Het is een kulredenering, als een agent bij zoiets zegt: dat zijn nou eenmaal de regels. Het is exact, maar dan ook exact hetzelfde principe als ‘befehl is befehl’. Er zijn uitzonderingen. Vol door rood licht? Geen excuus. 160 geklokt? Bon! Maar dat is andere koek. Die overtredingen zijn absoluut.

Ieder mens die er op toeziet dat regels worden nageleefd, moet die regels in zijn hoofd in een mixer gooien en daaraan de volgende ingrediënten toevoegen: gezond verstand, redelijkheid en inlevingsvermogen.

Degene die dit niet automatisch doet, beschikt over onvoldoende verstandelijke vermogen. Degene die over onvoldoende verstandelijk vermogen en vooral sociale intelligentie beschikt, mag niet bij de politie werken.

,,Ik snap met de beste wil van de wereld niet dat u nu een bon geeft. Ik zou er geen lekker gevoel bij hebben”, zei ik rustig. Agent: ,,U heeft nu een grens bereikt.” Die reactie duidt op vooringenomenheid. Hij heeft al een verkeerde houding. Ik heb gezegd dat ik er maar misschien maar een column over schrijf, omdat ik het een zorgelijk voorval vind.

Hij gaf spontaan zijn naam en stamnummer. ,,Dat lijkt me niet handig voor uw veiligheid als ik dat publiceer”. Agent: maakt me niks uit. Natuurlijk publiceer ik naam en stamnummer niet. Waarom zou ik? Het gaat me niet op de persoon, maar om het fenomeen.

En dat fenomeen is zorgelijk.  De politie staat onder druk. Door bezuinigingen, integriteitskwesties en optredens die momenteel ontzettend onder het vergrootglas worden gehouden. Het imago van de politie staat op het spel: de organisatie dreigt het respect en gezag te verliezen. Voor dat laatste is deze agent met zijn onredelijkheid honderd procent medeverantwoordelijk. Dit gedrag draagt bij aan het negatieve imago van de politieman.

De overheid moet nog eens goed kijken naar de regels rond mobiel bellen in de auto, Met vooral dit in het achterhoofd: hoe is het mogelijk dat je wel een banaan mag pakken tijdens het rijden en niet een stekkertje in je telefoon mag stoppen?

En oh ja: die 250 euro interesseert me niet. Ik vind het een prima prijs voor een stevige discussie over dit onderwerp.

Ik nodig de bewuste agent uit voor een reactie hieronder. Krijgt hij alle ruimte voor. Een inzending van een chef of voorlichter wordt niet geplaatst..

‘Stip’ en de Uitbener

In de NRC stond zaterdag een verhaal over de onopgeloste, Rotterdamse prostitutiemoorden.  Zonder nieuws overigens: al in 2013 was bekend dat zeer waarschijnlijk één persoon verantwoordelijk zou zijn voor vijf gruwelijke moorden eind vorige eeuw. Het moet iemand geweest zijn die knettergek was en handig met messen. Types als  ‘Stip’ en ‘de Uitbener’.

In 2013 ontdekte het cold case team Rotterdam dat er bij vijf prostitutiemoorden in Rotterdam overeenkomsten waren tussen de manier waarop de vrouwen gedood, of liever gezegd geslacht waren. Met dat nieuws kwamen destijds Dagblad van het Noorden en Nieuwsuur.

Het jaar erop bleek er technische ondersteuning voor de theorie: niet alleen dus overeenkomsten qua werkwijze van de dader en omstandigheden waaronder de vrouwen waren aangetroffen, maar ook wat betreft sporen. Het wachten is nu op echt nieuws in dit ongelooflijk spannende onderzoek, namelijk de aanhouding van een verdachte.

In de jaren negentig had Groningen een nare reputatie. Het aantal onopgeloste moorden groeide gestaag. Veel van deze cold cases waren prostitutiemoorden.

willem van e
Willem van Eijk

De recherche arresteerde in november 2001 Willem van Eijk: het Beest van Harkstede. De ex-tbs’er die in de jaren zeventig twee vrouwen had vermoord, kon het moorden niet laten. Hij werd voor drie prostitutiemoorden veroordeeld tot levenslang.

‘Gekke Willem’ (zie foto) wordt in augustus 75 en is daarmee een van de oudste tot levenslang veroordeelde gedetineerden. Recordhouder qua levensjaren is Juan Nuri, die zijn ex doodschoot in een kapsalon in Gilze-Rijen in 1997. Hij is 77. Voor het boek Levenslang sprak ik hem in 2013. ‘Ik hoef er niet meer uit. Ik woon hier. Dit is mijn huis’, zei hij over zijn leven ‘binnen’.

De dag dat forensisch specialisten op het terrein rond de boerderij van Van Eijk in Harkstede zochten naar menselijke resten, was ongekend spannend. Met een verrekijker kon je vanaf de dijk aan de roeibaan het graafwerk van een afstand goed zien.

bont romp
De romp van Bont

Drie zaken opgelost dus met de veroordeling van de hooibergbouwer, maar andere bleven ‘koud’. Zoals de moord op de prostituee Antoinette Bont uit Groningen. Eind 1995 werden haar romp in een kanaal in Groningen en haar ledematen in een stroompje in Drenthe gevonden. Ze was opvallend goed in stukken gehakt, concludeerde de recherche. Er waren zelfs een soort proefsneden gemaakt. Alsof iemand echt kennis van zaken had. De moord is nooit opgelost.

In het prostitutiecircuit dook de naam op van een man die als levensgevaarlijk werd omschreven. Een gek. Een ex-tbs’er die zeer gewelddadige kon zijn en eerder zijn ex-vrouw in brand had gestoken. Zijn bijnaam was ‘Stip’.

Geen vergezochte bijnaam. Op zijn voorhoofd prijkte een grote rode stip. Midden jaren negentig was hij dakloos en hing rond in Groningen. Stip had een maat die uitbener was: de man werkte in slachterijen en was ook fervent bezoeker van straathoeren. Nog steeds komen mails binnen over deze twee.

Harry Roo

‘Stip’ komt voor in een moorddossier. Nog een gruwelijke moord die opvallend veel overeenkomsten had met de zaak Bont. De moord op de Groninger coffeeshophouder Harry Roo. Ook zijn in stukken gehakte lichaamsdelen doken op in wateren in augustus 1995. Bij het verpakken was hetzelfde rode touw gebruikt. De oud-compagnon van Roo, Henk E. ,werd opgepakt en veroordeeld voor de moord. Maar nog altijd houdt de recherche er rekening mee dat iemand anders het lijk van Roo in stukken hakte.

Diepgaand en langdurig onderzoek in de afgelopen vijf (!) jaar naar meer overeenkomsten tussen de moorden op Roo en Bont leverde niets op. Dat was relevant, want als de twee op dezelfde wijze aan stukken waren gehakt of gesneden, dan zou de moord op Bont alsnog opgelost kunnen worden.

Afgelopen week hoorde ik het teleurstellende bericht van het OM Noord-Nederland: zaak gesloten. Het onderzoek is afgerond zonder resultaat.

Terug naar Stip. De man die vaste bezoeker was van tippelaarsters in Groningen, Den Haag en Rotterdam was korte tijd verdachte van de moord op Roo. In het dossier van de zaak Roo staan bijzondere passages over de man. Hij zou een groot bedrag hebben gekregen voor het in stukken hakken van het lichaam van Roo en verkast zijn naar Zuid-Amerika.

Iemand suggereerde dat de moordenaars van Roo na het afmaken van de coffeeshophouder met de centen die ze als beloning kregen, een feestje bouwden met een hoer. Deze prostituee, Bont, zou daarna om wat voor reden dan ook vermoord zijn door een van hen of alle twee.

Leden van het Rotterdamse cold case team bezochten een paar jaar geleden hun collega’s in het Noorden. Ze waren er voor de zaak Bont. Was er dan toch een mogelijke link met de moorden in Rotterdam?

Ik moest weer denken aan Stip en de uitbener toen ik werd gewezen op het verhaal in de NRC zaterdag. De vrouwen waren zwaar bewerkt met messen. Uitbeenmessen en kartelmessen die in slachterijen worden gebruikt.

Zou Stip of zijn maat met de moorden te maken kunnen hebben gehad? Het is puur gissen, er is namelijk geen enkele aanwijzing voor. Tussen de bezoekers die drugsverslaafde en weinig aantrekkelijke tippelaarsters bezoeken zitten veel aparte vogels.

Stip is inmiddels dood. Koos de G. was zijn echte naam. Of de uitbener nog leeft weet ik niet. Misschien heeft het cold case team in Rotterdam ooit wel eens gekeken naar de twee. Het zou geweldig zijn als bijna 30 jaar na de gruwelijke moorden in Rotterdam de moordenaar alsnog wordt gepakt. Het siert de club rechercheurs dat ze zoveel tijd in het onderzoek steken. Ik zou thuis een fles champagne opentrekken bij een aanhouding.

Ligt de moordenaar misschien op het kerkhof? Dat kan heel goed. Ook dan zou je na een dna-match een streep kunnen zetten door de gruwelijke vijf. Ik gok op een doorbraak. Dit jaar nog.

Tips? Mail naar m.van.wely@telegraaf.nl

 

 

De geheimzinnige Naoufal F.

Er hangt een zweem van geheimzinnigheid om hem heen. Weinig is over de Amsterdammer bekend. Maar vandaag kreeg Naoufal F., bijnaam Noffel, ineens naast een gezicht ook een stem. De man die lange tijd verdachte was in de zaak van de dubbele liquidatie in de Staatsliedenbuurt (2012), sprak vanuit een Ierse rechtbank.

Weinig journalisten komen op de druilerige maandagmorgen naar het Paleis van Justitie aan het IJdok in Amsterdam. Op het programma staat een getuigenverhoor. Het sujet dat gehoord wordt is Naoufal F., een 35-jarige Amsterdammer. F zit niet in de zittingszaal, maar in Ierland. Ierland?

noffelDat zit zo. Op 7 april deed de Ierse politie een inval in een pand in Dublin dat toe zou behoren aan de beruchte Ierse maffiaclan, de Kinahans. Een club die een vete uitvecht met de Hutch-bende. En bij die vete horen liquidaties. Net als bij de vete in de Mocro-oorlog, waarin ook voor ‘Noffel’ een rol zou zijn weggelegd. Om het nog lastiger te maken: ook tussen de Kinahan-clan en spelers uit de Mocro-oorlog zou een link zijn. De Ieren worden door de politie als grote spelers op de Europese drugsmarkt genoemd.

Vier levens kostte de vete tussen de Ierse bendes in de afgelopen maanden. In februari werd een lid van de Kinahan-clan geliquideerd in het Regency-hotel in Dublin. De recherche in Ierland doet onderzoek naar de rol van F. die illegaal Ierland binnenkwam met valse documenten. Voor deze feiten zit hij vast in Dublin.

Om elf uur legt een technicus van het Hof contact met de rechtbank in Ierland. Dat gaat moeizaam. Maar na enige pogingen verschijnt een grijze man in beeld. Het accent van de rechter is onvervalst Iers. Dan prijkt ineens het gezicht van Naoufal op het scherm. Een grote man van Marokkaanse afkomst, met gemillimeterd haar en een bol hoofd. In het Engels legt hij de eed af: hij zweert op de Koran want, zo zegt hij, hij is moslim.

Wie is Noffel?

In het criminele circuit en door betrokkenen bij onderzoeken naar liquidaties in het Mocro-milieu praat men met ontzag en voorzichtig over ‘Noffel’. De Beul van Martha wordt hij genoemd. De inmiddels geliquideerde Gwenette Martha zou achter de afrekening in de Staatsliedenbuurt hebben gezeten. Naoufal zou voor hen werken. Hij was dan ook verdachte in de zaak, maar het OM kreeg het bewijs niet rond.

Meedogenloos en levensgevaarlijk, zo staat hij bekend. Hij zou meer weten van liquidaties in de Amsterdamse onderwereld. Een bezoeker van een site op internet noemt hem smalend ‘hangbuikzwijn’. Recente veroordelingen heeft F. niet achter zijn naam staan. Zijn advocaat Inez Weski moet er een beetje om lachen. ‘Ja, er gaan wilde verhalen over hem de ronde. Maar concreet zijn ze niet’, zegt ze bij de zittingszaal aan het IJdok.

Weski bevestigt voorafgaand aan de zitting de tip, dat het OM om de overlevering van F. heeft gevraagd. Hij wordt met ‘een aantal misdrijven’ in verband gebracht, waaronder een knokpartij in Amsterdam in een parkje in 2013.

‘We have lost your sound in Amsterdam’, zegt de grijze magistraat in Ierland. De verbinding hapert. We kunnen een sonde neerzetten op Mars, maar een videoverbinding met Ierland blijkt lastig.

Chaos na de hotelmoord in Dublin
Chaos na de hotelmoord in Dublin

De blauwe ‘patas’ die F. droeg bij zijn arrestatie kosten 800 euro. Daar kan de Ierse rechter wel zes of zeven paar voor kopen. De horloges die hij droeg hadden samen een waarde van meer dan een halve ton. Geld voor een avondje stappen had hij ook: 12000 euro.

Tijdens het getuigenverhoor is F., zoals verwacht, weinig spraakzaam. Hij was niet in de Staatsliedenbuurt toen een regen van kogels Saïd el Yazidi en Youssef Lkhorf velden. Dat wil F. nog wel zeggen. Verder beroept hij zich op zijn verschoningsrecht.

Na een uurtje is het gebeurd. Noffel verdwijnt van het scherm. De Ierse rechter ook. Wat wil het OM met Noffel? Zijn die paar gedateerde misdrijven de werkelijke reden voor het overleveringsverzoek? Of wil het OM Noffel graag hier hebben, in afwachting van een grotere zaak tegen hem? Misschien hoopt het OM wel dat hij de Fred Ros van het Mocro-conflict wordt.

De kans bestaat dat F. straks weer gewoon vrij rondloopt. De mythes rond Noffel blijven in ieder geval bestaan. Al is het alleen al vanwege zijn dure spullen.

Info? m.van.wely@telegraaf.nl

Informatie wordt discreet behandeld