Het openbaar ministerie Noord-Nederland en de nabestaanden van de in juli overleden Iris van den Hooff (23) uit Groningen staan lijnrecht tegenover elkaar. Justitie hield zich tot nu toe op de vlakte, maar raakte vandaag geïrriteerd en ging dieper in op de vraag of het terecht afzag van strafrechtelijk onderzoek naar de dood van Iris.
Iris overleed in juli. GGD en politie zagen af van sectie en een strafrechtelijk onderzoek omdat er volgens het OM geen enkele aanwijzing was voor een misdrijf. Er zou sprake zijn van zelfdoding door verhanging.
De nabestaanden van Iris geloofden niet in de lezing van zelfdoding. Volgens hen was Iris gelukkig en waren er bovendien wel aanwijzingen die wezen op een misdrijf. Zo zouden buren hebben gehoord dat er een ruzie was geweest in de woning van Iris, kort voor de verhanging. En zou ze bedreigd zijn.
De familie liet met behulp van advocaat Richard Korver het lichaam van Iris opgraven voor nader onderzoek. De bekende patholoog Frank van der Goot verrichtte sectie. Of abductie, beter gezegd.
Al wekenlang bakkeleien OM en Korver en de nabestaanden over de interpretatie van het sectie- en het schouwrapport en de ‘aanwijzingen’ voor een mogelijk misdrijf. Ze kwamen er niet uit. Korver en de nabestaanden proberen nu via de rechter alsnog een strafrechtelijk onderzoek af te dwingen. Via de artikel 12 procedure.
Advocaat Richard Korver en nabestaanden van Iris van den Hooff stellen dat het openbaar ministerie van strafrechtelijk onderzoek naar de dood van Iris van den Hooff afziet, uit angst voor ‘gezichtsverlies’.
Het OM vindt dat onacceptabel. ,,Er is geen enkel argument dat deze bewering ondersteunt”, zei persofficier Pieter van Rest van het OM Noord vandaag tijdens een interview.
,,De reden dat we geen strafrechtelijk onderzoek hebben laten doen en laten doen, is omdat er geen enkele aanwijzing is voor een misdrijf. Er is geen gerede twijfel.” Volgens Van Rest is er grondig onderzoek door politie en GGD gedaan en wijze alle sporen op zelfdoding. ,,En is dus geen reden voor nader onderzoek.”
Volgens Korver sluit de door de familie in de arm genomen patholoog Frank van der Goot een misdrijf niet uit en zijn er zelfs aanwijzingen voor geweld van buitenaf. Iemand zou Iris gewurgd kunnen hebben en daarna verhanging in scène gezet hebben.
,,Dan zou er letsel moeten zijn van beide momenten. Maar er waren alleen sporen van verhanging. Bovendien vloeit de stelling van de patholoog dat er mogelijk van een misdrijf sprake is, niet voort uit de door hem verrichte sectie.” Kortom: de sectie heeft niets concreets opgeleverd.
Het OM vindt het te kort door de bocht dat Korver en de nabestaanden het gegeven dat Van der Goot ‘niet uitsluit dat er sprake kan zijn geweest van een misdrijf’ koppelen aan allerlei omstandigheden die volgens de nabestaanden zou kunnen wijzen op een misdrijf.
Wat zijn dan die ‘verdachte omstandigheden’ en ‘fouten’ die er zijn gemaakt door politie en justitie?
Korver en de nabestaanden vinden het raar dat justitie de hondenriem waarmee Iris zich verhangen had, vernietigde. Van Rest: ,,Waarom hadden we de riem moeten bewaren? Vanwege de overtuiging van zelfdoding was dat niet nodig.”
Over de ruzie die in woning van de Groningse zou zijn gehoord zegt van Rest: ,,Omdat we geen enkel spoor van geweld op het lichaam of in de woning zagen, is dat niet relevant. Er was immers geen aanwijzing voor een misdrijf.” Iris zou ook zijn bedreigd. Van Rest: ,,We hebben hier geen enkele concrete aanwijzing voor.”
Dat het met Iris volgens de nabestaanden juist heel erg goed ging en niets wees op een naderende zelfdoding, zegt volgens justitie niets. ,,Mensen kunnen volkomen onverwachts zelfmoord plegen. Heel vaak wordt geen afscheidsbrief achtergelaten.”
Van Rest benadrukt dat justitie alle begrip heeft voor het besluit van de familie om onderzoek af te dwingen bij het Hof. ,,Het is een ontzettend verdrietige zaak. Als de nabestaanden twijfels hebben over de doodsoorzaak moeten ze dat zeker doen.”
Het Hof zal beslissen over een eventueel strafrechtelijk onderzoek. Dat besluit kan maanden op zich laten wachten.
REACTIE: Richard Korver laat weten in een brief aan het OM dat hij en de nabestaanden het woord ‘gezichtsverlies’ weloverwogen hebben gekozen. ‘Dat is het gevoel dat de nabestaanden hebben gekregen en dat kan ik mij ook wel voorstellen.’ Verder vindt Korver dat het OM niet ‘verder zoekt’ omdat het overtuigd is dat er geen misdrijf is gepleegd. Korver en de nabestaanden zijn er juist van overtuigd dat er alle reden is voor nader onderzoek. Dat zij conclusies van de patholoog koppelen aan in hun ogen verdachte omstandigheden buiten de sectie, vindt Korver meer dan normaal. ‘OM en politie doen niet anders’.
Lees ook onderstaand verhaal: