Het is een oerlelijke flat bij het Van Starkenborghkanaal, aan de rand van de Groninger Oosterparkwijk. Op de tweede verdieping van het gebouw aan de Oliemuldersweg woonde ze. Mevrouw Gudrun Kuster. Op vrijdag 18 januari werd de 66-jarige dood thuis gevonden. Niet één van haar buren kende haar.
Aan het einde van de Oliemuldersweg staat een flat. Twee rijen appartementen bevinden zich boven wat bedrijfspanden. Aan de achterzijde van de flat zijn de galerijen.
Ik had er als kind een vriend wonen met wie ik vaak in de winter ging ijshockeyen op een nabijgelegen vijver. In een ander jaargetijde zagen we elkaar niet. De vriendschap bestond alleen uit samen schaatsen. Hij woont er niet meer.
De vrouw die de eerste woning op de tweede woonlaag betrok, ook niet meer. Ze is vrijdag dood aangetroffen. De politie bracht de vondst pas de maandag na de dag waarop ze gevonden is, naar buiten. Wilde de sectie afwachten om zeker te weten dat de bewoonster door toedoen van een ander is overleden.
Dat is zo.
Het is bitterkoud maandagmiddag. Bij de deur die toegang verschaft tot het complex liggen wat sneeuwduintjes. Aanbellen maar. ‘Wie? Wat is er gebeurd?’ Pas na de eerste rij knopjes gaat de deur met een zoemend geluid van het slot. ‘Ze woonde hier op de galerij’.
Zelfs op de galerij ligt sneeuw. Ook hier zijn duinen. Geen wonder: de noordoosten wind klapt vol tegen de flat aan. De vrouw die de portiekdeur opende doet met een hamer in de hand haar eigen deur open.
‘Je moet oppassen hier. Beneden woont een dealer. Soms stappen de klanten per ongeluk op deze galerij uit de lift. Het is een slimme tante die dealer. Als de politie komt, zie ik dat ze haar drugs achter over het balkon mikt. Is de politie weg, dan haalt ze de drugs weer op.’
Kuster. Ze weet dat de vrouw Kuster heette. En dat ze twee dochters had die allebei overleden zijn. Eentje pleegde zelfmoord. Contact had ze met niemand uit de flat. De vrouw buigt zich wat voorover: ‘Ze dronk nogal veel. De muizenkeutels lagen op de vensterbank. Ze was alleen.’
Ze vertelt en constateert. Emotie is er niet. Niet in haar woorden, niet in haar gezicht.
De directe buren kennen de omgebrachte vrouw ook nauwelijks. Terwijl ze meerdere jaren pal naast elkaar woonden. Een man met haar als een ontplofte marmot kijkt verbaasd.
‘Misschien weet de reesjersje wat.’ De pijpen van zijn pyjama halen zijn sokken net niet. Ze wapperen in de wind. Hij sluit snel weer de deur.
Het glas in de deur van het huis waar de vrouw woonde is niet meer. Stukgeslagen door agenten om binnen te kunnen komen. Op een kozijn en het houtwerk van de deur zijn resten van politietape te vinden.
Op de galerij is alleen maar de wind te horen. De man met het haar als een ontplofte marmot kijkt van achter zijn raam. Als ik kijk duikt hij snel weg.
Ik ben er ’s avonds nog maar weer eens heengegaan. Weer gepraat met flatgenoten. ‘Kuster zei u?’ Nooit van gehoord. Ook niet dat er iemand is vermoord, zegt een man. En hij woont er al een paar jaar. Kuster ook.
Het is zo’n moord die alleen ergens in lijstjes voorkomt. Nummer vier van 2013 in het Noorden. Een eenkolommer in een krant. De negentiende moord in Nederland in 2013. Een stillemoord. Die niet minder erg is dan welke andere moord dan ook.
NB. In de nacht na de dag waarop de vrouw is gevonden, heeft de politie een 37-jarige man opgepakt. Hij wordt verdacht van betrokkenheid bij de dood van de vrouw. De man heeft enige tijd bij de Groningse in huis gewoond.
Update (22/01/13): Personeel en gasten van café Amicitia in Groningen brengen donderdagavond 24 januari een eerbetoon aan Kuster bij haar flat. Kuster kwam af en toe in deze kroeg. De omgebrachte vrouw blijkt inderdaad geen kinderen meer te hebben. Beide dochters en haar ex-man zijn overleden. Kuster zelf was ongeneeslijk ziek.
Bedankt voor de vele reacties!