Als nabestaande in een moordzaak hoop je vooral op duidelijkheid, Dat de dader gepakt en berecht wordt is een ding, maar ook precies weten hoe en waarom iemand is vermoord is essentieel voor de verwerking.
Helaas bleek op de eerste dag van het Vaatstra-proces dat verdachte Jasper S. niet het achterste van zijn tong laat zien. Hij zegt zelf dat hij niet alle details meer weet. Maar dat lijkt bezijden de waarheid, Hij wil bepaalde details niet herinneren of ze vertellen.
‘Ik zag haar mijn kant op fietsen en dacht: ze is van mij.’ Jasper S. (45) uit Oudwoude dacht het niet alleen in de nacht van 30 april op 1 mei 1999. Hij trok Marianne Vaatstra (16) van de fiets, verkrachtte haar en vermoordde de Friese tiener.
Een zitting vol emoties donderdag in de rechtbank Leeuwarden, waar de moord op Marianne uit Zwaagwesteinde werd behandeld. De vader, broer en zus van Marianne lazen hartverscheurende verklaringen voor. Jasper S. zat veel voorovergebogen en naar beneden starend te snikken. Soms met de hand voor de ogen.
Vader Bauke vertelde hoe hij zijn dochter ’s ochtends met afgesneden keel en half ontkleed in een weiland bij Veenklooster aantrof. ‘Ik had Marianne gevonden, pakte haar hand en zei: lieverd, wat ben je koud. Ze lag er bij als een beest afgeslacht.’
Vader Vaatstra stoorde zich mateloos aan het gebrekkige geheugen van Jasper S. Die zei meermalen in de zittingszaal dat hij zich details niet kon herinneren. De rechter suggereerde dat hij een selectief geheugen had. S. wist wel wat voor motief de rugtas van Marianne had, maar niet of en hoe ze zich verzette kort voor haar dood.
‘Hij is bovenmatig intelligent en weet zich niets meer te herinneren? Hij is een rat’, beet de vader hem toe. Zus Wilma moest huilen toen ze zei: ‘Ze maakten Marianne met make-up schoon. Ik kon het niet. De traan in haar ooghoek zal ik nooit vergeten.’
Jasper S. maakte regelmatig nachtelijke fietstochten. Soms fietste hij zelfs naar Groningen om prostituees te bezoeken. In de nacht van 30 april op 1 mei trok hij er ook op uit. De rossige, kalende boer had net de koeien gemolken en een dutje gedaan. ‘Ik moest mijn kop leegmaken’, zei hij in de rechtbank.
Toen hij Marianne zag fietste hij achter haar aan. ‘Ze fietste heel snel’. Bij Veenklooster greep hij haar bij de arm, remde af en liep met haar het weiland in. Daar dwong hij haar tot seks, wurgde Marianne met haar eigen BH en sneed haar de keel door. ‘Drie keer’, vertelde Jasper S.
Dit is het relaas van Jasper. De rechter vroeg of S. wel zeker wist dat Marianne nog leefde toen hij seks met haar had. Op haar lichaam zaten bij haar bovenbenen namelijk verwondingen die nauwelijks gebloed hadden. Had hij haar eerst gedood en daarna verkracht? Volgens S. niet.
Bijzonder is dat Jasper S. het Herder mes waarmee hij de keel van Marianne doorsneed, bij zijn arrestatie nog steeds in zijn bezit had. De rechter vroeg waarom hij het moordwapen niet weg had gegooid.
‘Ik hield het mes bij me als een soort van boete. Een soort waarschuwende herinnering’, verklaarde S. De rechter: ‘Weet u zeker dat u het mes niet om een andere reden bewaarde?’ S.: ‘Ja. Maar het maakte me ook niet uit dat er dna op gevonden zou worden. Ik wilde toch bekennen.’
S. werd opgepakt nadat er eind vorig jaar een groot dna-verwantschapsonderzoek werd gedaan in de omgeving van Veenklooster. Duizenden Friezen moesten wangslijm afstaan.
S. vertelde dat hij toen al wist dat hij tegen de lamp zou lopen. Toch ontkende de verdachte toen een arrestatieteam hem half november letterlijk in de nek sprong. Hij beriep zich lange tijd op zijn zwijgrecht en bekende pas twee weken later.
Moeder. vader, broer en zus hebben een schadeclaim bij S. ingediend van 80.000 euro. ‘Jasper S. heeft gezegd dat hij spijt wil betuigen aan de familie. Hij kan een begin maken door dit bedrag te betalen’, zei de advocaat van de slachtoffers.
De zaak Vaatstra vertoont parallellen met de moord op Andrea Luten in 1993. Ook zij werd door een rond fietsende man onder dwang meegenomen, verkracht en vermoord. Ook die zaak bleef jarenlang onopgelost totdat de dader Henk F. in het voorjaar van 2010 werd gepakt als gevolg van een dna-match. Weliswaar na een mishandeling, dat wel.
Tegen F. eiste justitie 18 jaar. Vandaag zal bekend worden wat voor straf het openbaar ministerie voor Jasper S. in petto heeft. De tweede dag begint met het requisitoir van de officier van justitie. Daarna worden gedragsdeskundigen over de psyche van S. gehoord en komt de advocaat met zijn pleidooi.
Dag twee: Vader Vaatstra hoopte vooral op meer
‘Ik wil best met hem onder vier ogen een gesprek voeren. Maar dat wordt dan wel zijn laatste gesprek’. Dat was de reactie van Bauke Vaatstra vrijdagmiddag op het aanbod van Jasper S. om te gaan praten.
De vader van Marianne benadrukte dat hij boos en teleurgesteld was. Hij had gehoopt dat ‘de rat’, zoals hij de moordenaar van zijn ‘famke’ (meisje) steevast noemt, precies zou vertellen wat er gebeurde in de laatste minuten van Marianne’s leven. Maar dat deed hij niet. S. kon zich niet alles meer herinneren.
Volgens de advocaten Jan Vlug en Anno Huisman die S. verdedigen, heeft S. verteld wat hij kon vertellen. ‘Het is geen onwil dat hij niet alle details op tafel legt. Hij kan zich niet alles herinneren en wil dat ook niet.’
Volgens de psycholoog en psychiater die de psyche van S. probeerden te doorgronden had hij bepaalde kenmerken van psychopathie, maar zat hij net ‘onder de grens’. S. is egocentrisch, heeft antisociale trekken en is seksueel gefrustreerd. Dus ontoerekeningsvatbaar? Dat niet.
De advocaten zeiden dat S. leefde met een loden last. Alleen om zijn gezin te beschermen zou de man die de moord op Marianne bekende, hebben gezwegen bij de politie over de moord.
‘Als iemand anders was opgepakt voor de moord had de verdachte een haar opgestuurd met zijn dna. Om te laten zien dat de politie de echte dader niet had’, zei Vlug.
Officier van justitie Henk Mous schetste een heel ander beeld van S. ‘Zij is van mij, dacht de verdachte. En hij gaf gevolg aan die gedachte door haar te verkrachten en te vermoorden. Hij trok zijn eigen plan. Koos ook voor zichzelf en zijn gezin door de moord te verzwijgen.’
De officier achtte moord bewezen. Volgens hem was er tussen het moment waarop hij Marianne zag fietsen en uiteindelijk de keel doorsneed, genoeg tijd voor S. om zich te beraden op zijn daad. ‘Want hij dacht: zij is van mij. En hij wist dat hij haar ging verkrachten. En zou daarmee niet wegkomen.’
Mous eiste 20 jaar cel. De zwaarst mogelijke, tijdelijke gevangenisstraf in 1999 toen Marianne werd vermoord. In 2006 werd dat 30 jaar. Levenslang was volgens hem een te zware straf. ‘De moord deed Friesland op haar grondvesten trillen. Een geschokte rechtsorde is een understatement.’
Advocaat Vlug vond dat alleen doodslag te bewijzen is. ‘S. raakte in paniek na de seks en vermoordde haar in een impuls.’ Hij vroeg om een lagere straf en trok een vergelijking met de moord op Andrea Luten in 1999. Haar moordenaar kreeg 15 jaar cel.
S. maakte gebruik van zijn recht op het laatste woord. ‘Ik besef dat ik de familie niet de duidelijkheid heb kunnen verschaffen die ze wilde. Ik heb spijt en wroeging.’ Vader hoopte op meer. Meer duidelijkheid en meer jaren cel.
Alle achtergrondinfo over de zaak Vaatstra: hier